woensdag 11 mei 2011

Jonge mezen ringen.

We zitten inmiddels midden in de drukste dagen met het vangen van de ouders op de dag dat de jongen 7 dagen oud zijn. In driekwart van de nestkasten zijn de eieren van de mezen inmiddels uitgekomen en drie dagen geleden zijn de eerste bonte vliegenvangers zelfs al geboren. We verrichten dat vangwerk op die 7e levensdag omdat dat de eerste dag is waarop de jongen groot genoeg zijn om geringd te worden en dat kunnen we dan combineren met het vangen, meten, ringen en kleurringen van de ouders. Bij die ouders is bij de koolmees tijdens het aflezen van kleurringen in en nabij de nestkasten al wel gebleken dat we heel veel nieuwe recruten in het onderzoeksterrein hebben zitten. Dat wil zeggen, zeker 70 % ongeringde vogels. Vanwege het feit dat we alle in de nestkasten broedende en slapende vogels ringen en kleurringen mogen we daarbij de conclusie trekken dat het merendeel van die vogels van buiten het onderzoeksterrein komen. Een beperkt deel zal wel uit hetzelfde terrein komen, uit de natuurlijke holtes in het terrein. Duidelijk is in ieder geval dat er afgelopen najaar/winter veel dispersie en wintersterfte is geweest. Tijdens de avondcontroles werden ook al historisch lage aantallen slapende vogels aangetroffen.
Wat dan tijdens het monitoren van de populatie wel weer heel mooi te zien is dat is het feit dat het lagere aantal broedparen kiest voor grote legsels waardoor het verlies aan vogels toch flink gecompenseerd wordt. Zo hebben we bij de koolmezen heel veel legsels van 12 en soms wel 13 of 14 eieren zitten en heeft 1 van de 2 broedparen van de zwarte mees een historisch groot legsel van maar liefst 12 eieren. Zo'n groot legsel heb ik bij die soort in ieder geval nog nooit meegemaakt.
Een ander opmerkleijk fenomeen troffen we afgelopen weekend thuis aan in een nest van een bonte vliegenvanger. Daar lag een legsel in van totaal witte eieren. Het ontbreken van pigment op eieren duidt op een gebrek, vaak treedt dit ook op bij kalkgebrek waarbij in het lichtste geval pigment ontbreekt en in het hevigste geval de hele kalkschaal ontbreekt.

Foto: legsel bonte vliegenvanger met witte eieren.

De droogte van dit voorjaar is inmiddels nog steeds niet achter de rug, hoewel we gisteren een middagje met buien hebben meegemaakt. Dit was voor mij pas de tweede keer dat ik regendruppels voelde sinds mijn terugkeer uit Ghana. In het veld heeft deze droogte op veel plaatsen zijn sporen flink nagelaten. Naast diverse bos- en duinbranden in heel het land hebben planten, struiken en bomen er flink van te lijden. Zowel op de Veluwe als in Twente lieten de hulststruiken in de bossen een deel van de bladeren al vallen en uit pure nood zijn veel bomen en struiken heftiger dan ooit gaan bloesemen en bloeien en dat ook nog eens extra vroeg.
De koude nachen van afgelopen week in combinatie met warme dagen en veel bezoekers in het park (het was Meivakantie) heeft echter ook slachtoffers gemaakt, en wel onder de reptielen. In 2 dagen tijd trof ik maar liefst 6 doodgereden hazelwormen en 3 zandhagedissen aan. Deze koudbloedige dieren gaan na een koude nacht op het asfalt liggen om warmte op te vangen om actief te kunnen worden. Dat wordt veel dieren fataal.

Foto: doodgereden zandhagedis.